17 december 2007

Ezels niet dom, maar moedig en heel verstandig

ZEIST - Dom, koppig? ,,Nee hoor, ezels zijn juist moedig en vooral héél verstandig’’, zegt Vera Dekker, al vijftien jaar letterlijk dag en nacht in de weer met de Ezelsociëteit in Zeist.
Zo’n vijf- a zeshonderd zijn er intussen wel voor kortere of langere tijd geweest, schat ze.

De meeste dieren kwamen er binnen met een gebrek: verwaarloosd, ziek of afgedankt. Ondanks de inspanningen van de vrijwilligers van de soos en de ondersteuning van de faculteit diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht, hoort afscheid nemen er ook geregeld bij. Zaterdag stond de Zeister Ezelsociëteit tijdens haar herinneringsdag stil bij de dieren die het uiteindelijk niet redden. Een rij waxinelichtjes op de grond en een reeks foto’s aan de wand van de stal geven de herinneringen een plekje. Dekker wijst op de foto van ’River’, haar favoriet, die overigens nooit op de sociëteit is geweest. ,,We kwamen hem tegen op Corfu, ondervoed en verwaarloosd. We hebben hem moeten laten inslapen.’’

De ezel wint aan populariteit, meent Dekker, Er zijn er naar schatting zo’n 8000 in Nederland en dat aantal groeit. ,,Veetranpsorteurs nemen er nog al wat mee retour na transport van paarden naar Italië. Die dieren komen dan niet allemaal even goed terecht’’, vertelt Dekker, terwijl nieuwsgierige ezels Dekker en de verslaggever besnuffelen.

Wat begon met twee eigen ezels Joop en Karel in de achtertuin is intussen en landelijk bekende ezelopvang voor meer dan vijftien dieren. Nog eens 160 ’pleegezels’, zoals Dekker ze aanduidt staan ondergebracht bij particulieren. Sinds zes jaar heeft de sociëteit erkenning en ondersteuning van de gemeente Zeist. Maar ideaal is de situatie nog altijd niet. Dekker zou graag de nieuwe dieren die vaak verzwakt door besmettelijke aandoeningen arriveren gescheiden opvangen van de vaste bewoners. Ze verhaalt van een ezel met ringworm dat in korte tijd diverse andere besmette. Dat was bij aparte opvang niet nodig geweest. ,,Misschien dat we aparte opvang dat in de toekomst nog eens kunnen realiseren’’, zegt Dekker hoopvol.

Geen opmerkingen: