23 februari 2007

Apenstudie toont nut van begroetingen


Van de nauwelijks merkbare hoofdknik tot de meest ingewikkelde hand-en-arm bewegingen van hangjongeren, de begroeting na afwezigheid is een manier om agressie te beteugelen bij sociale diersoorten die, zoals de mens, dagelijks opsplitsen en weer samenkomen.

Dat blijkt uit primatologisch onderzoek naar zogeheten zwarthandslingerapen, die in het wild vooral ten zuiden van het Amazonegebied, in Peru en Bolivia voorkomen. Net als mensen en chimpansees leven deze apen in kleine groepen die zich dagelijks opsplitsen om te jagen en verzamelen, en later weer samenkomen.

Agressie
De begroetingsrituelen van de slingerapen fascineren wetenschappers al jaren. Als ze na een dag jagen weer samenkomen, stoten ze een kreet uit, kijken elkaar diep in de ogen, en omhelzen elkaar met hun lange voorpoten. Soms slaan ze ook de staarten om elkaar heen.

Britse primatologen onderzochten de betekenis van het ritueel aan de hand van bijna tweehonderd gevallen van weerzien. Ze ontdekten dat slingerapen die elkaar uitbundig hadden begroet, vervolgens zelden agressief gedrag jegens elkaar en de rest van de groep vertoonden, ook wanneer ze dat eerder wel hadden gedaan.

Fusion
De zogeheten 'fission-fusion' gemeenschappen zoals de zwarthandslingerapen en mensen die vormen, kenmerken zich door het frequent uiteenvallen in kleinere groepen van wisselende samenstelling. Algemeen verkleint dit het risico op conflict, maar het weerzien is gewoonlijk een bron van spanning.

'Het is altijd een moment van potentiƫle wrijving,' legt primatoloog Filippo Aureli uit, 'er blijkt dan bijvoorbeeld vaak een verschil in die dag verzamelde levensmiddelen. De omhelzing is hun manier van conflict-management.'

Geen opmerkingen: